uit: verslag Tweede Kamer woensdag 12 juni 2002
Mevrouw Kant (SP): Voorzitter. Ik wil van deze gelegenheid gebruikmaken om de heer Lemmen te memoreren, hoofdredacteur van het blad Wisselwerking, die vorige week is overleden.
Veel woordvoerders in de Tweede Kamer kennen hem als een fervent voorvechter van verbetering van orgaandonatie. Ik condoleer vanaf deze plek zijn familie en wens haar van harte sterkte bij dit verlies.
De heer Lemmen was voorvechter van alles wat zich rondom de orgaandonatie afspeelde. Hij was zelf nierpatiënt. Een van de dingen waar hij echt voor ging, was een systeem gebaseerd op solidariteit.
Toen de wet in de Tweede Kamer in 1995 werd aangenomen, zei hij: ‘De nieuwe wet is gebaseerd op geloof en hoop, maar niet op liefde voor de medemens’.
Op 30 mei 2002 is Jan Lemmen overleden.
Toen ik het bericht van zijn vrouw Tiny ontving, voelde ik me bedroefd, maar vooral verontwaardigd, dat een man die zo geweldig positief ingesteld was en ondanks al zijn handicaps zo veel voor anderen kon en wilde betekenen, dat ineens niet meer mocht. Ook al heb ik hem nooit ontmoet, hij was voor mij een warmvoelende vriend. En dat niet door alle klussen die hij voor mij opknapte, maar vooral door de morele energie die hij uitstraalde, zodat ik mijn werk met overtuiging deed en blijf doen.
Bij alles wat ik verder nog voor nierpatiënten zal ondernemen, zal Jan mijn motivatie en stimulator blijven. |
|
|
|
|
|
|
Een een twee in wintertijd
Kom maar, kom maar mee,
ik pak je hand en ontvoer je
naar onze rozentuin
die niet meer bestaat.
Láchen zullen we en strelen
en opgetogen zijn.
De wachter voor de poort?
Ik kocht hem om.
Hij neemt de as mee voor onze hoofden
als het uur verstreken is.
Wees maar stil, wees maar gerust
je mag weer gaan.
Ik heb nog zoveel zilverlingen.
Tiny Aggenbach
december 2003 |
|
|
|
|
Jan was hoofdredacteur van het blad Wisselwerking van de Nierpatiëntenvereniging LVD. Deze vereniging is het geweest die BURUNG MANYAR niet alleen een goed hart toedroeg, maar ons vanaf het eerste begin daadwerkelijk heeft willen en heeft kunnen helpen. Zonder de Nierpatiëntenvereniging hadden wij niet bestaan en hadden wij Ary Krisnawati eind 1999 niet kunnen helpen.
Later kreeg ik contact met Jan. Hij publiceerde een artikel over BURUNG MANYAR in Wisselwerking en zorgde ervoor, dat er een folder van ons met de volledige oplage van 6000 exemplaren mee verstuurd kon worden. Vanaf dat moment was Jan op de achtergrond voor ons actief en iedere keer als er een e-mail van hem binnenkwam, was er weer een plannetje, had hij weer nieuws, was hij in het bestuur weer voor ons bezig.
Het laatste wat Jan voor ons deed, was de medicijnen, die hij na een gewijzigde medicatie overhield, aan ons te sturen. Het doel van mijn bezoek onlangs aan Yogya bestond voor een deel eruit de medicijnen van hem naar de nierspecialist te brengen. Ary Krisnawati kan er voorlopig weer mee vooruit.
Jan is er niet meer.
De medicijnen die over zijn gebleven, mogen we hebben, schrijft Tiny.
Bedankt Jan.
JEF
Zaltbommel, 18 juni 2002 |
|
|
|
|